Bumptest

WAARSCHUWING! 

Voer dagelijks voor gebruik een bumptest uit om de correcte werking van het instrument te controleren.

Veronachtzaming van deze test kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel of de dood.

De frequentie van bumptest wordt voorgeschreven door landelijke of bedrijfsvoorschriften; dagelijks een bumptest uitvoeren is echter een algemeen aanvaarde beste veiligheidspraktijk en daarom het advies van MSA.

Deze test bevestig snel of de sensoren goed werken. Voer periodiek een volledige kalibratie uit om de accuraatheid en directheid te waarborgen als de bumptest van het instrument is mislukt. De bumptest kan worden uitgevoerd met behulp van onderstaande procedure of automatisch met behulp van de GALAXY GX2 testbank.

CSA vereist (per 22.2 nr. 152) dat de gevoeligheid van de brandbaargassensor dagelijks voor het gebruik moet worden getest op een bekende methaanconcentratie die overeenkomt met 25 tot 50% van een volledige schaalconcentratie. DE NAUWKEURIGHEID MOET BINNEN 0 TOT +20% VAN DE ACTUELE WAARDE ZIJN. Corrigeer de nauwkeurigheid door de kalibratieprocedure beschreven in Kalibratie uit te voeren.

Apparatuur

Zie het hoofdstuk over accessoires voor informatie over het bestellen van deze componenten.

Kalibratiegascilinder voor kalibraties
0,25 liter/min. Reduceerventiel
1/8” ID Superthane Ester slangmateriaal
Kalibratiedop

Bumptest uitvoeren

1. Sluit het reduceerventiel aan op de kalibratiegascilinder.
2. Druk in het scherm normale bedrijfsmodus op de knop q om het scherm “BUMP TEST?” weer te geven.
3. Controleer of de weergegeven gasconcentraties passen bij de kalibratiegascilinder voor kalibraties. Als dat niet zo is, pas dan de waarden aan via het kalibratie-instelmenu zoals beschreven in Toestelinstellingen.

4. Bevestig de kalibratiedop (lees Kalibratiedop bevestigen
5. Druk op de knop om de bumptest te starten. Voer het wachtwoord in als de blokkeringsoptie voor kalibratie is geselecteerd. De zandloper zal knipperen en de sensoren zullen op het gas reageren.

6. Open het reduceerventiel op de testgascilinder.
7. Sluit de klep na de bumptest.

Nadat de bumptest is voltooid, wordt er tijdelijk “BUMP PASS” of “BUMP ERROR” weergegeven op het toestel samen met de label van de tekortschietende sensor, alvorens naar de normale bedrijfsmodus terug te keren. Indien de bumptest van het instrument mislukt, voert u een kalibratie uit zoals beschreven in Kalibratiedop bevestigen.

Het -symbool verschijnt in de normale bedrijfsmodus en de bumpled knippert 24 uur lang groen na een geslaagde bumptest.